Hypnotherapie kan bijdragen aan de behandeling van ME/CVS door het reguleren van het autonome zenuwstelsel en het stimuleren van neuroplasticiteit. Onderzoek suggereert positieve effecten op vermoeidheid, pijn en stress. Hoewel verdere studies nodig zijn, biedt hypnotherapie potentieel als aanvullende interventie voor ME/CVS-patiënten.
Dissociatie in hypnose scheidt gedachten en emoties van bewuste ervaring, waardoor diepe concentratie en toegang tot het onderbewuste mogelijk worden. Dit helpt bij pijnverlichting, angstvermindering en trauma. Wetenschappelijk onderzoek bevestigt de effectiviteit van hypnose door dissociatie in therapeutische settings.
James Braid, geboren in 1795, wordt beschouwd als de vader van de moderne hypnose. Zijn interesse in hypnose begon in de jaren 1840, wat leidde tot de ontwikkeling van 'neuro-hypnotisme'. Braid zag hypnose als een middel voor pijnverlichting en publiceerde 'Neurypnology' in 1843. Zijn methoden zijn nog steeds invloedrijk in de hedendaagse hypnotherapie.